Wij zijn een financiële onderneming. Wat zijn de eisen voor ons met betrekking tot een beheerst beloningsbeleid en wat kan C&M voor ons betekenen op dit gebied?

Allereerst willen wij benadrukken dat zowel AFM als DNB veel waarde hecht aan een beheerst beloningsbeleid. Gezien het politieke en maatschappelijke debat over beloningen in de financiële sector streven beide toezichthouders naar een goede borging van een beheerst beloningsbeleid bij financiële ondernemingen en naleving van de wettelijke vereisten op dit gebied.

Het antwoord op de vraag hangt af van het type financiële onderneming dat u bent. Grofweg geldt het volgende:

Indien u een kredietinstelling, verzekeraar, premie-pensioeninstelling, clearinginstelling of een entiteit voor risico-acceptatie bent, dan gelden onder andere de eisen uit de Regeling beheerst beloningsbeleid Wft 2011 (de Regeling). Deze is opgesteld in lijn met een aantal internationaal overeengekomen principes en standaarden voor een beheerst beloningsbeleid. Als het goed is bent u door DNB al over geïnformeerd over de Regeling en wellicht hebt u zelfs uw beloningsbeleid aan DNB moeten voorleggen aangezien de Regeling al enige tijd van kracht is. Pensioenfondsen vallen niet onder de toepassing van de Regeling, maar onder de DNB/AFM Principes voor beheerst beloningsbeleid.

Indien u nog geen beloningsbeleid heeft, kan C&M dit voor u opstellen. Tevens kunnen wij uw huidige beleid reviewen en als interne toezichthouder functioneren. Op grond van de Regeling is deze toezichthouder verantwoordelijk voor de tenuitvoerlegging van het beloningsbeleid. Verder moet hij er voor zorgen dat er een onafhankelijke interne beoordeling plaatsvindt om de tenuitvoerlegging van het beloningsbeleid te toetsen op naleving van het beleid en de procedures voor de beloning die de interne toezichthouder heeft aangenomen. Wij kunnen deze rol voor u vervullen.

Voor beleggingsondernemingen geldt in principe hetzelfde als onder 1 met dien verstande dat bepaalde beleggingsondernemingen eerder een beroep op het ‘proportionaliteitsbeginsel’ kunnen doen. De bestaande verschillen tussen financiële ondernemingen vereisen namelijk een proportionele toepassing van de beginselen voor een beheerst beloningsbeleid die in de Regeling zijn opgenomen. In het bijzonder voor beleggingsondernemingen als bedoeld in artikel 62a, tweede lid van het Besluit prudentiële regels Wft, is het voorstelbaar dat zij de beginselen voor een beheerst beloningsbeleid op een simpeler of minder verstrekkende manier kunnen invullen dan een omvangrijke en complexe financiële onderneming.

Voor overige financiële ondernemingen is vooral het Besluit beheerst beloningsbeleid Wft van belang. Hierin is onder andere bepaald dat de onderneming het beleid met betrekking tot beloningen schriftelijk vastlegt, implementeert en in stand houdt. Het beleid is afgestemd op de omvang en organisatie van de financiële onderneming en aan de aard, omvang en complexiteit van haar bedrijf.